De studierichting Latijn-Moderne talen is een studierichting in de doorstroomfinaliteit, gericht op een brede waaier aan opleidingen in het hoger onderwijs waar taal, cultuur, mens en samenleving centraal staan.
Leerlingen leren daarom theoretische en abstracte leerinhouden verwerken binnen:
- klassieke talen: leerlingen gaan aan de slag met teksten (literatuur waarbinnen taalsystematiek en cultuurgeschiedenis geïntegreerd aan bod komen) die de volledige periode beslaan waarin in het Latijn werd geschreven. Ze krijgen een diepgaand begrip door aandacht voor de taal, de cultuurhistorische inhoud en de manier waarop men in het verleden en nu met verschillende thema’s omgaat. Leerlingen besteden ook aandacht aan de ervaring van de lectuur, m.a.w. de gevoelens en gedachten die dit bij hen losmaakt en leren hierover beargumenteerd in gesprek gaan;
- moderne talen: hier gaat het om inhouden uit de taalwetenschap, waaronder taalsystematiek, sociolinguïstiek, taalverwerving en -ontwikkeling, pragmatiek, mediation1 en literatuur. Concreet betekent dit dat leerlingen o.m. kennismaken met de talige diversiteit in de samenleving, dat ze talen vergelijken, aan zinsanalyse doen en zich verdiepen in literatuur en literaire stromingen. Daarnaast worden hun communicatieve vaardigheden voor Duits, Engels, Frans en Nederlands aangescherpt. Voor Duits staat ook Landeskunde op het programma.